Het is een beetje mijn stokpaardje inmiddels: er zijn risico’s in het leven waar je niets aan kunt doen en er zijn risico’s die je kunt voorkomen. Voor je kind, maar ook voor jezelf. Een van die situaties die je zou kunnen voorkomen is gedwongen ‘onthechting’ tussen je kind en een belangrijke volwassene in zijn of haar leven. Zoals een oppas, een au pair, nanny, vriend, vriendin of buur die nauw betrokken is bij jullie gezin.
Vooral in de eerste jaren van het leven van ons kind betrekken we anderen bij de opvoeding, om het minder zwaar te maken voor onszelf en/of om de zorg te kunnen combineren met werk. Deze personen kunnen ontzettend belangrijk worden voor je kind, simpelweg omdat ze meerdere keren per week tijd samen doorbrengen, over een langere periode, misschien wel vanaf de geboorte tot je kind naar school gaat. Mooi zou je zeggen, een hechte band tussen je kind en de oppas, je vriend(in), de buurvrouw, de crècheleidster: geweldig!
“To do: Nieuwe Oppas (eentje die blijft)”
Maar dan: de oppas heeft een ander bijbaantje en wil niet meer komen, die vriend daar brouilleer je mee, die vriendin verhuist plotseling naar de andere kant van het land, de au pair moet na een jaar verplicht afstand nemen van jullie gezin. Voor jou misschien een praktisch probleem voor op de to do-lijst: nieuwe oppas zoeken. Maar voor je kind heeft het veel meer impact. (Onverwacht) afscheid nemen van een belangrijke verzorger is voor een kind een big deal. Daar moet je je kind op voorbereiden, daar moet je de tijd voor nemen en dat contact moet je afbouwen. En dat wordt meestal vergeten. Of eigenlijk: altijd.
Hechting is voor mij zo’n essentiële levensader dat ik altijd een beetje schrik als ik het woord onthechten hoor in een gesprek. Onthechten betekent ‘het loskomen of loslaten van iets waaraan men gehecht is’. Is dit iets wat je kind zou willen, loskomen van iemand aan wie hij gehecht is? Is het een natuurlijk proces? Zelfstandig worden op een moment dat je eraan toe bent, dat is een natuurlijk proces, voor zowel mens als dier. Daar groei je letterlijk naartoe. Maar van de ene op andere dag die lieve en zorgzame au pair die 6 dagen per week met je speelde, je tranen droogde en je voedde niet meer zien, dat kan behoorlijk traumatisch zijn voor een jong kind en hechtingsschade veroorzaken.
Natuurlijk kun je denken: tja, mensen komen, mensen gaan, zo is het leven, daar moet mijn kind maar alvast aan wennen. En dat is ook zo: verdriet van het vertrek van een belangrijke figuur, daar krijgt je kind vanzelf mee te maken als het eerste vriendje het uitmaakt of als opa of oma overlijdt. Dat is inderdaad het leven. Maar in de eerste levensjaren kun je als ouder wel moeite doen om zorgvuldig te bepalen wie je toelaat en je afvragen: zou dit iemand zijn die blijft?
Is er altijd iets aan te doen? Nee, mensen gaan dood, worden ziek, verhuizen, gaan studeren, krijgen zelf kinderen: je kunt niemand dwingen op je kind te blijven passen omdat je kind aan hem of haar gehecht is. Wat je wel kunt doen is er (voortaan) vooraf bewuster over nadenken, over wie je allemaal in het leven van je kind toelaat. Een familielid of een vriendin waar je al dertig jaar een hechte band mee hebt vormen waarschijnlijk een kleiner risico dan die nieuwe na-de-scheiding-vlam of het oppasmeisje van 18 dat ervan droomt in Kenia als arts te gaan werken.
Het gaat om bewustwording en keuzes (nog twee stokpaardjes!): hoe kies je de meest stabiele omgeving voor je kind, hoe zorg je ervoor dat hij of zij zo min mogelijk onnodige (verlatings)stress ervaart?