Overlevingsstrategieën

Fight, flight en freeze, iedereen heeft deze termen wel eens gehoord. Je weet van jezelf ongetwijfeld wat jij doet in een benarde situatie: vecht je terug, vlucht je of bevries je?  Geweldige overlevingsmechanismes bij gevaar, maar hoe bruikbaar zijn deze strategieën in ons dagelijks leven?

Dier in het nauw

In tijden van oorlog, crisis, dreiging en gevaar is het goed dat we een overlevingsstrategie hebben en dat je reptielenbrein de boel even overneemt. Je ‘gewone’ brein is ontzettend nuttig en belangrijk voor een fijn, zinvol en bevredigend leven op de lange termijn, maar als er werkelijk gevaar dreigt op korte termijn wordt deze direct overruled door je zogenaamde reptielenbrein. In een milliseconde bepaalt je reptielenbrein met welke strategie je de meeste overlevingskans hebt. Staat er een inbreker met een pistool voor je? Dan bevries je waarschijnlijk. Komt er een dolle hond op je af? Dan is de kans groot dat je het op een rennen zet, dat je vlucht. Pakt iemand je laatste strohalm af of valt hij je kind aan? Dan instrueert je reptielenbrein je om te vechten als een leeuw. Tijd om na te denken is er niet, je doet, je gaat, je bent een dier in het nauw dat wil overleven. Als het gevaar geweken is kan je ‘gewone’ brein (het limbische brein) weer nadenken en navoelen wat er is gebeurd. En kan het meest geavanceerde deel van je brein (de neocortex) er misschien iets van leren voor een volgende keer.

Ga je dood van een ruzie?

Supergoed systeem dus. Maar, hoe vaak dreigt er werkelijk gevaar voor ons leven op een dag en hoe vaak maken we gebruik van een van de overlevingsstrategieën terwijl het eigenlijk niet nodig is? Stel je voor, je hebt ruzie met je man, hij roept iets onaardigs naar je, terecht of onterecht en jij loopt weg. Of je geeft hem een klap of je negeert het en gaat stoïcijns achter de computer zitten. Dan heb je een overlevingsstrategie ingezet. Was het nodig? Nee, want je weet dat woorden niet kunnen doden. Waarom doen we dit dan toch? Omdat we bij stress, ruzie of kritiek geraakt worden in een oude pijn en om die niet te voelen, die pijn niet in zijn gezicht te hoeven aankijken gooien we onbewust een fight, flight of freeze in de strijd. Om de aandacht als het ware af te leiden van die oude pijn.
Die oude pijn is een beschadiging die hoogstwaarschijnlijk zijn herkomst heeft in je kinderjaren. En in die kinderjaren heb je van je ouders ook een voorbeeld gekregen: wat deden zij? Was er altijd ruzie, was er nooit ruzie, waren het vechters, vluchters, bevriezers? Je aangeboren temperament heeft ook invloed op je strategie; hoe meer temperament, hoe vaker je voor vechten zult kiezen.

Drie kleine kleutertjes

De drie overlevingsmechanismes dansen alle drie om de kern heen. Het zijn als het ware drie kleine kleutertjes, op een hek. Ze klimmen niet over het hek heen om te kijken wat er nu werkelijk aan de hand is, ze blijven op het hek en beschermen je. Ieder mechanisme doet dat op een andere manier, maar geen gaat de confrontatie aan met je oude pijn en geen enkele overlevingsstrategie kan helen. Hij kan je leven redden, maar kan je niet helen, want daar is je reptielenbrein niet voor gemaakt. Daar heb je dat geavanceerde deel, de neocortex voor nodig, om te leren van je verleden, dingen te abstraheren, te relativeren, te analyseren, te begrijpen.

“Je overlevingsmechanisme helpt je om oude pijn niet te voelen.”

Rangorde

Sommige mensen suggereren dat er een rangorde is: dat terugvechten beter zou zijn dan weglopen, dat aardig doen (bevriezen) beter zou zijn dan ruzie maken (vechten).  Ik ken iemand die zich tegenwoordig enigszins superieur voelt, omdat ze het idee heeft gegroeid te zijn als mens. Waar ze voorheen ruzie zocht, de confrontatie aanging als iemand kritiek op haar had, blijft ze nu kalm en laat ze de dingen van zich afglijden. Dit lijkt misschien ‘beter’, maar is niets meer dan een andere strategie: van vechten naar bevriezen. Nog steeds niet bij de kern van het probleem dus, nog niet verder met waarom kritiek bij haar zo hard kan aankomen, nog niet geheeld, nog niet volwassen op dit stuk.

Bescherming

Laten we elkaar niet voor de gek houden, niet denken dat onze manier beter is, niet zo oordelend zijn naar een vechter, vluchter of bevriezer. Alle mechanismes dienen ter bescherming van de persoon die zijn oude pijn niet wil voelen. Het is aan die persoon om op een gegeven moment de stap te nemen en op zoek te gaan naar die kern, om daaraan te werken. Tot die tijd heeft hij zijn bescherming blijkbaar nodig.

“Als je kind ‘rotmoeder’ tegen je zegt, reken maar dat je reptielenbrein dan even wakker wordt.”

Slaap, reptieltje, slaap

Als je een kind krijgt, als je voor het eerst ouder wordt, is het meestal een kwestie van tijd voordat je de stap neemt en met jezelf aan de slag gaat. Een kind is een trigger als geen ander en je overlevingsmechanismes draaien overuren. Als je kind ‘rotmoeder’ tegen je zegt, reken maar dat je reptielenbrein dan even wakker wordt. Maar of je hem aan het woord laat en ‘rotkind’ terug zegt, dat heb je zelf in de hand, daar kun je aan werken, zelf of in therapie. Die milliseconde waarin er voor je besloten wordt door je reptielenbrein, kun je oprekken tot een seconde, een seconde waarin JIJ kiest voor een reactie. Een reactie die geen schade aanricht bij je kind, maar een volwassen en bewust gekozen reactie.

En dan kun je je reptielenbrein lekker laten slapen tot er werkelijk gevaar dreigt voor je leven (in de vorm van een draak van een nieuwe president bijvoorbeeld, help!).